Wormen de baas
22-02-2022
Laatste update: 6-11-25 dit artikel is herschreven mbv AI ivm claims en de wetgeving rondom diergeneeskundig handelen.
Preventie, resistentie, mestonderzoek, vatbaarheid en natuurlijke ondersteuning
Endoparasieten zijn de inwendige mee-eters van onze dieren. Alleen al het idee van wormen in de buik vinden veel mensen vervelend. Toch leven dieren (en wijzelf) in symbiose met allerlei micro-organismen zoals bacteriën, schimmels en soms ook wormen. Een klein aantal is meestal niet direct schadelijk, maar een overmaat kan wél klachten geven.
In dit artikel beantwoord ik drie veelgestelde vragen die ik vaak hoor in de praktijk:
1. “Ik heb nog nooit wormen gezien, dus heeft mijn dier ze dan ook niet?
2. “Kan ik mijn dier op een natuurlijke manier ondersteunen bij ontworming?”
3. “Heeft mijn dier wormen als hij sleetje rijdt of met zijn kont over de grond schuift?”
Regulier advies
Dierenartsen volgen vaak een schema waarbij volwassen dieren meerdere keren per jaar worden ontwormd.
Voor pups wordt doorgaans een schema aangehouden dat aansluit bij hun leeftijd en de levenscyclus van wormen. Het doel hiervan is om te voorkomen dat een besmetting te groot wordt, zeker bij jonge dieren die gevoeliger zijn.
Het is belangrijk om hierover altijd met een dierenarts te overleggen, omdat het juiste moment en middel afhangen van leeftijd, leefomstandigheden en gezondheid van het dier.
Natuurlijke visie
Veel eigenaren denken dat ze preventief ontwormen, maar in feite doodt een wormenkuur alleen aanwezige wormen; het voorkomt geen nieuwe besmettingen. Wanneer er geen wormen aanwezig zijn, is een behandeling dus niet nodig.
Daarom kiezen steeds meer mensen ervoor om eerst mestonderzoek te laten doen, zodat alleen behandeld wordt wanneer dat echt nodig is. Dit kan belasting voor het lichaam en mogelijke resistentie helpen beperken.
In Nederland lijkt slechts een klein deel van de honden een daadwerkelijke worminfectie te hebben (cijfers verschillen per onderzoek). Daarom is het zinvol om te kijken naar de individuele situatie van jouw dier.
Mestonderzoek
Een mestonderzoek geeft inzicht in de aanwezigheid van wormeitjes of andere parasieten.
Dit kan via de dierenarts of een erkend laboratorium.
De voordelen zijn duidelijk:
- Je belast je dier niet onnodig met chemische middelen
- Er is minder kans op resistentieontwikkeling bij parasieten.
- Je kunt gericht behandelen als er wél iets wordt aangetroffen.
Sommige wormsoorten zijn niet altijd zichtbaar in de ontlasting. Daarom is het verstandig om periodiek te controleren, zeker bij dieren met een hoger risico.
Vatbaarheid
Niet elk dier is even gevoelig voor wormen. Factoren zoals weerstand, voeding, stress en leefomgeving spelen een grote rol.
Een dier met een sterke natuurlijke weerstand kan beter omgaan met parasieten. Goede voeding, voldoende beweging, rust en een schone leefomgeving helpen daarbij.
Ook de manier waarop een dier leeft, beïnvloedt het risico.
Een hond die vaak in drukke uitlaatgebieden komt, loopt meer kans op besmetting dan een hond die vooral in schone, rustige gebieden loopt.
Dieren die vlooien hebben (of hadden) kunnen bovendien een groter risico lopen op lintworm, omdat vlooien tussengastheren kunnen zijn.
Het versterken van het algehele welzijn – zowel fysiek als mentaal – vormt daarom de basis van natuurlijke preventie.
Pups
Bij pups is het risico op spoelwormen groter.
Veel fokkers volgen het advies van de dierenarts om jonge pups regelmatig te ontwormen. Dit is mede bedoeld om besmetting van mens en dier te voorkomen.
Wie liever zo min mogelijk chemische middelen gebruikt, kan – in overleg met de dierenarts – kiezen voor regelmatig mestonderzoek om de situatie te volgen.
Wanneer een pup in huis komt, kan het nuttig zijn om binnen de eerste weken de mest te laten controleren.
Zo weet je of behandeling nodig is en kun je gericht handelen.
Resistentie
Resistentie betekent dat bepaalde wormen minder gevoelig worden voor ontwormingsmiddelen.
Dat kan gebeuren als er vaak of onnodig ontwormd wordt, of wanneer de dosering niet goed is afgestemd op het gewicht van het dier.
Door alleen te behandelen wanneer het nodig is (bijvoorbeeld na een mestonderzoek), help je resistentieproblemen te voorkomen.
Besmetting en symptomen
Worminfecties verlopen vaak ongemerkt. Wormen of eitjes zijn zelden zichtbaar met het blote oog.
Mogelijke signalen kunnen zijn: braken, diarree, vermagering, doffe vacht, vermoeidheid of verminderde eetlust.
Sleetje rijden (met de kont over de grond schuiven) heeft meestal een andere oorzaak, namelijk volle anaalklieren, wat vaker met de spijsvertering te maken heeft dan met wormen.
Bij twijfel is het altijd verstandig een dierenarts te raadplegen.
Natuurlijke ondersteuning in de praktijk
Bij dieren met een gevoelige spijsvertering of regelmatig terugkerende darmproblemen kan natuurlijke ondersteuning helpen om het welzijn te bevorderen.
Dit kan bestaan bijvoorbeeld bestaan uit aanpassingen in voeding, natuurlijke middelen zoals homeopathie.
Deze aanpak is nooit bedoeld als vervanging van medische behandeling, maar als aanvulling op een gezonde leefstijl en goede veterinaire zorg.
Preventie en balans
Binnen de natuurgeneeskunde ligt de nadruk op balans en preventie: het ondersteunen van de natuurlijke weerstand, het bevorderen van een gezonde spijsvertering en het in stand houden van een evenwichtige darmflora.
Daarnaast blijft hygiëne belangrijk: ruim hondenpoep altijd op, zodat de besmettingsdruk in de omgeving laag blijft.
Wanneer er sprake is van een duidelijke worminfectie of een herhaald probleem, is het verstandig om dit samen met een dierenarts op te volgen.
Natuurlijke middelen kunnen daarbij ondersteunend zijn, maar vervangen geen reguliere ontwormingsbehandeling.
Hulp en advies
Wil je jouw dier op een natuurlijke manier ondersteunen of heb je vragen over weerstand, voeding of balans?
Je bent welkom om contact op te nemen met Dierpraktijk NatuurTalent voor persoonlijk advies over natuurlijke ondersteuning en welzijn van dieren.
📞 06-16802445
📧 colette@dierpraktijk.nl
Disclaimer
De informatie in dit artikel is uitsluitend bedoeld ter voorlichting en educatie.
Ik ben geen dierenarts en stel geen diagnoses, noch voer ik diergeneeskundige behandelingen uit.
Bij twijfel of bij ziekteverschijnselen van je dier, neem altijd contact op met een erkende dierenarts.
Natuurlijke ondersteuning is bedoeld als aanvulling op – en niet als vervanging van – reguliere diergeneeskunde.
Dierpraktijk NatuurTalent
Colette Frankort
Natuurgeneeskunde en Homeopathie
www.dierpraktijk.nl
Delen van dit artikel? Graag! en mét bronvermelding van de schrijfster en de praktijk.